Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Dat er nu [94]vier aan zijn plaats stonden, [95]toen hij verbroken was; vier koninkrijken zullen [96]uit dat volk ontstaan, doch [97]niet met zijn kracht. 94. Te weten horens, dat is koninkrijken, welke waren Egypte, Syrie, Macedonie, Klein-Azie. 95. Dat is, als Alexander de Grote zal gestorven zijn. Zie boven vs.8. 96. Te weten uit de Grieken. Dat is niet te verstaan van het geslacht of de kinderen van Alexander en Hercules, mitsgaders hunne moeders en zijn ganse geslacht, omgekomen; en zijn koninkrijk is verscheurd, en vier koningen van andere stammen hebben zijne rijken onder zich gedeeld. 97. Dat is, niet zo machtig als Alexander de Grote, met wien zij niet zijn te vergelijken.